Daar waar het Sint-Pietersbrugje stond en weer zal staan.
Daar bij de plaats van dit beschermde oude ophaalbrugje liet Rob ons als wereldreiziger van op verre afstand verzamelen, onder een wisselend bewolkte hemel, in het geografische midden van Zwevegem. We waren met een ruime groep bekende en nieuwe gezichten van Liever Gelijk. Gids Bavo, die bij aanvang in alle enthousiasme, door sommigen ‘per abuis’ meegenomen werd in de traditionele ‘kusjesdans’, zou ons leren dat het om een rijk gebied gaat.
Rijk aan geschiedenis, landschapswaarde, en aan natuur.
Bavo De Clercq, notabele Zwevegemse heteroburger wel te verstaan, voorzitter van Natuurpunt Zwevegem, bracht ons naar vele hoeken in dit landschap op het interfluvium tussen Schelde en Leie, en legde het ons, braaf en volgzaam publiek, als oud-leraar allemaal piekfijn uit:
hoe het landschap vroeger werd gedeeld door scheepslui wiens boten vaak op het kanaal Bossuit-Kortrijk door paarden dwars door de kanaaltunnel ‘de Souterrain’ getrokken werden, door treinreizigers richting Ronse, Doornik, of Noord-Frankrijk (de ‘trimaars’ op zoek naar werk), door kleiontginners en pannenbakkers van de nabijgelegen fabriek, en door landbouwers met paard en kar op hun akkers.
En hoe het er allemaal evolueerde tot wat er nu leeft en te beleven valt.
Onderweg kregen we tips mee over hoe we zelf op onze eigen grond iets voor de biodiversiteit kunnen betekenen. Wat op grotere schaal in natuurgebieden gerealiseerd wordt, kan met dezelfde inzichten en technieken vaak ook in eigen tuin, als we kiezen voor streekeigen beplanting, als we kunnen leven met hier of daar een minder strak of clean hoekje. O.a. vogels, vlinders en egeltjes zullen ons enthousiast bezoeken.
Bavo leidde ons rond over trage wegen en wegels met verschillende soorten ondergrond, over en langs prachtig natuurlijk ontwikkelde oude spoorwegbermen, onder de zwarte brug die door de stoomtrein gekleurd werd, over de afgedankte smalspoorbrug die beide taluds van het kanaal verbindt, en zelfs over een heuse ‘trekweg’… Neen(!), van waarop ooit de schepen voortgetrokken werden. Hoewel, oude Zwevegemnaren mij ook vertellen over de Souterrain als ideaal (donker) afspraakplekje voor koppeltjes. We stapten door jong en ouder bos, door een boomgaard, over grasland, langs poelen en rietkragen, soms laag ingesneden in het landschap, dan weer hoog met uitzicht op het mooie gevarieerde ommeland.
Laag, daar waar de oude spoorwegberm nu een verboste holle weg vormt, en op die trekweg langs het kanaal waar eertijds de Souterrain als kanaaltunnel onder de grond verdween. Toen de vaart moest verbreden, werd de hele heuvel of ‘kleikop’ afgegraven en langs de westelijke kant gegooid waarop nu het Orveytbos groeit.
Op de unieke vaarttaluds die zo ontstaan zijn, ontwikkelden zich unieke orchideeën waaronder de bijenorchis, die profiteren van de gepaste mengeling van klei en kalk die deze zeldzame grond hen biedt. Geen schijn van kans op succes trouwens als je illegaal orchideeën van hieruit naar je tuin zou willen verhuizen, wegens de bij jou ontbrekende gepaste ondergrond met bijhorende schimmels en bacteriën.
Hoog, daar waar het Orveytbos is ontstaan op de opgevoerde kleigrond van de weggegraven heuvel ernaast. De aanwezige hazelworm – orvet in het Frans – leent er zijn naam aan het bos. We onthouden van hem dat hij zijn staart afstoot als die beetgenomen wordt, de sukkelaar! Hij krijgt er wel een nieuwe.
Het gebied kent een afwisseling van verbossing, struweel, open plekken en poelen. Het waarborgt een rijk en gevarieerd natuurlijk leven. Op de randen geniet je van mooie uitzichten, zoals op het Martagnebos. Tussen beide bossen worden pogingen ondernomen om die ecologisch te verbinden met hagen, ruigtes en andere kleine landschapselementen. Op deze heuvel vindt je ook een meetstation voor luchtkwaliteit. Regelmatig komen minder positieve berichten hiervandaan wegens de nabijgelegen metropool Rijsel-Kortrijk.
Niet alleen wij tonen belangstelling voor het waardevolle gebied. Vanuit Frankrijk hebben ook reeën en eekhoorns dit habitat herontdekt. De mooie kamsalamander vindt hier al iets langer een woonplaats.
Daarentegen zijn andere soorten als zomertortel en nachtegaal jammerlijk verdwenen. De pony’s die men er aanvankelijk liet grazen zijn met vervroegd pensioen gestuurd wegens te gulzig voor belangrijke plantensoorten. Van een gestorven exemplaar vergat men met opzet het kadaver te verwijderen als lekkernij voor de buizerd en vele andere levende lekkerbekken. Zo ging dat toch vroeger in moeder Natuur?
De ietwat versnipperde natuurgebieden zijn eigendom van Natuurpunt of ANB (Vlaamse overheid) en worden vooral door vrijwilligers beheerd. Een extra ploeg van Natuurpunt, een vorm van sociale tewerkstelling, zorgt soms voor versterking.
Het is met opzet dat ze bos afwisselen met open plekken en poelen. Het is vooral de bosrand die biodivers is. Maaien en wegnemen van de grassen op open ruimtes zorgt voor verarming van de grond, wat een verrijking is voor het natuurlijk leven! Veel meer wilde bloemsoorten en paddenstoelen komen daardoor spontaan te voorschijn en lokken oneindig veel meer insecten, vogels, amfibieën en zoogdieren. En wij, die er komen van genieten. Je krijgt een kettingreactie!
De mens doet hier z’n best om de natuur te beschermen en te herstellen. Maar wat de mens op ruime schaal veroorzaakt laat zich ook hier al voelen. Ook dit natuurgebied raakt reeds uit evenwicht. De eerste klimaatvluchtelingen uit het zuiden zijn aangekomen: voor onze natuur onbekende insecten en planten. Andere krijgen daardoor minder kansen. De uitersten van hitte, lange droogtes en dan weer teveel water brengen bomen in stress waardoor ze overreageren en zelfs omvallen of afsterven.
Het idee van ‘elk dorp z’n eigen industriegebied en verkaveling’ zorgt voor extra verkeer door dit nochtans Europees beschermd gebied.
Tegen het einde van de wandeling leidde gids Bavo ons het Orveytbos uit richting de oude, smalle vaartarm. Omdat deze langs één kant verbonden blijft met het kanaal vormt dit water nu een ideale paaiplaats voor vissen. Sommigen hebben deze plek echter ook ontdekt voor het dumpen van waterhuisdieren waar men vanaf wil. Ze vormen een risico op ontregeling maar gelukkig kunnen de exotische waterschildpadden zich door het koude water (nog) niet voort planten. Afwachten of dit zo blijft in tijden van klimaatopwarming.
Onze tocht kende zijn aankomst waar hij gestart was, met applaus voor gids Bavo, daar waar het Sint-Pietersbrugje stond en weer zal staan, wanneer men op verplaatsing klaar is met de restauratie. Zeker nog eens komen kijken dan!
Ondertussen was de hemel steeds dreigender geworden, maar liet ons geduldig, op enkele druppeltjes na, onze boeiende tocht droog beëindigen. Des te meer gingen de hemelsluizen open toen we bewust zelf voor iets nats kozen, op café aan het Theophiel Toyeplein in Zwevegem. Enkele fietsers, huiswaarts richting Heestert, zullen het ongetwijfeld geweten hebben. Wie weet zullen ook enkele bomen door deze hevige ‘vlaag’ nog wat meer in stress geraakt zijn.
Tekst: Bart De Clercq Foto’s: Patrik Boone